Met slechts een diploma van de middelbare school op zak is Don Vultaggio, eigenaar van AriZona Beverages, opgeklommen van de straten van Brooklyn naar de Forbes miljardairslijst. Hier zijn zeven tips waarmee hij als ondernemer aan de slag ging.
Halverwege de jaren 60, tientallen jaren voordat hij het bedrijf startte dat zou uitgroeien tot het iced tea-imperium AriZona Beverages, met een geschatte omzet van 2 miljard dollar, was Don Vultaggio een broodmagere tiener die voor $1 per uur in een kruidenierszaak in Brooklyn werkte en droomde van grootsheid. Hij was heel ambitieus en ontwierp een prijspistool met een extra veer waardoor hij sneller kon werken dan de rest. Als een collega twee kratten inpakte, deed hij er zeker drie.
‘We zaten daar en hij zei: ‘Ik ga het maken’ herinnert Al Paturzo zich, die destijds naast Vultaggio werkte en nu zijn operations manager is. ‘En hij zei het niet omdat hij dacht dat hij de Lotto zou winnen of zo. Het was vanwege zijn harde werken.’
Vultaggio verliet de winkel en richtte een bedrijf op dat alcohol distribueerde en vervolgens brouwde. Hij verdiende een klein fortuin met moutlikeur en in de jaren 90 ging hij zich toeleggen op thee. Zijn blikjes AriZona Iced Tea waren gedurfder (dankzij de pastelkleurige verpakking), groter (dankzij het gebruik van grote bierblikjes) en een betere koop (dankzij de prijs van 99 cent) dan de rest van de markt. AriZona haalde al snel Snapple in en was niet meer weg te denken uit de schappen in het hele land, waardoor Vultaggio een fortuin vergaarde dat nu op 6,2 miljard dollar wordt geschat.
De sleutel tot zijn succes is niet alleen hard werken, maar ook onconventioneel denken. Hij vertrouwt erop dat zijn drankjes vanzelf populair worden als ze goed smaken, in het oog springen en goed geprijsd zijn. ‘De beste reclame voor ons zijn mensen die tevreden zijn met wat we bieden’ zegt hij. Hij houdt vast aan dezelfde aanpak met zijn nieuwe lijn van theeproducten, ondanks het feit dat hij het moet opnemen tegen een gigant in die categorie, die veel reclame maakt.
Het is dan ook geen verrassing dat veel van Vultaggio’s bedrijfsadviezen voor anderen ook niet-traditioneel zijn. Tijdens recente gesprekken in zijn kantoor en gloednieuwe fabriek van 300 miljoen dollar in Edison, New Jersey, vertelde hij Forbes wat er volgens hem nodig is om succesvol te zijn en gaf hij zijn advies voor jonge ondernemers.
Zeven lessen
Hoe groot je bedrijf ook is, doe alsof het klein is
‘Dat is de manier om succesvol te zijn’ zegt Vultaggio. ‘Veel leidinggevenden bij deze bedrijven zeggen: wij zijn groot, we moeten geld verspillen. Zo is het nu eenmaal.’ Hij zegt dat een kleine denkhouding hem heeft geholpen om de prijs van zijn beroemde tallboy blikjes sinds de oprichting van het bedrijf in 1992 op 99 cent te houden. Hiervoor moet hij voortdurend innoveren om nieuwe manieren te vinden om kosten te besparen, zoals het verhogen van de productiesnelheid en ’s nachts leveren tot het dunner maken van de blikjes en het afdekken met aluminium. ‘Je kunt de hele dag geld verspillen, maar op een gegeven moment moet je de consument toch vragen om de rekening te betalen.’
Praat met iedereen
Bespreek je bedrijf niet alleen met leidinggevenden, maar met iedereen die bij het bedrijf betrokken is. Tijdens een werkdag bij AriZona kan het moeilijk zijn om Vultaggio op te sporen, omdat hij constant ronddwaalt en met iedereen praat, van de baliemedewerker tot de vorkheftruckchauffeur. Medewerkers grappen dat hij nooit mee zou kunnen doen aan Undercover Boss (hoewel hij wel ooit is gevraagd) omdat iedereen hem kent. ‘De meeste mensen denken dat problemen oplossen geniaal is’ zegt fabrieksmanager Ron Zeitoune, maar hij zegt dat hij van Vultaggio heeft geleerd dat ‘het vernuft zit in het verzamelen van data. Als je geen goede data hebt, kun je geen goede beslissingen nemen. De meeste mensen vertrouwen op mensen op een hoger niveau om hen een beeld van het probleem te geven dat duizenden mijlen ver weg is. Don maakt die fout niet. Als hij wil zien hoe iets werkt, belt hij letterlijk de persoon die aan dat ding werkt.’
Doe alsof je familie voor je bedrijf werkt
Vultaggio herinnert zich dat hij jaren geleden zijn oude fabriek bezocht en de toiletten smerig vond, zonder zeep en zonder papieren handdoeken. ‘Zo wil ik niet werken’ herinnert hij zich tegen de manager te hebben gezegd. ‘Want als je zus daar zou werken of je moeder of je tante, denk ik dat het ze zou afschrikken.’ Je moet de dingen doen alsof je familie er werkt.’ (Toen de manager geen verbeteringen aanbracht, werd hij ontslagen.) Vultaggio hield deze filosofie ook in gedachten toen hij zijn nieuwe fabriek ontwierp en gaf prioriteit aan comfort en gemak voor de werknemers met voorzieningen zoals een fitnessruimte met een glazen wand, die uitkijkt over de machines.
Jouw werkplek kan en moet er mooi uitzien
‘De meeste mannen schilderen hun zuilen niet roze en groen en zetten er stippen op’ zegt Vultaggio. Hij doet dat wel. Hij gelooft dat de esthetiek van een werkplek een enorme invloed op het moreel van werknemers heeft. Dus nam hij suggesties van de fabrieksarbeiders over voor het nieuwe decor, dat hier en daar doet denken aan Disneyland met kersenbloesem kunstbomen, antieke autodisplays en deuren beschilderd met muurschilderingen van de zon die ondergaat op saguaro cactussen. Elke muurschildering kostte 400 dollar. ‘Het is goed besteed geld. Het maakt het meer huiselijk’ zegt Vultaggio. Fabrieken zien er meestal uit als kerkers of Russische gevangenissen, zegt hij. Maar die van hem? ‘Het is net een kunstgalerie. Waarom zou het dat niet mogen zijn?’
Omarm niet-traditioneel onderwijs buiten het klaslokaal
Vultaggio stopte bijna met school. Afgeleid en waarschijnlijk dyslectisch, haalde hij vreselijke cijfers – Spaans haalde hij alleen door de leraar ervan te overtuigen dat hij een te aardige leerling was om te laten zakken (hij zegt dat hij toen leerde hoe belangrijk het is om verkoper te zijn). Hij heeft nooit een boek gelezen maar hij is wel een levenslange leerling. Hij leerde rekenen tijdens zijn baantje bij de kruidenier en sprak Spaans op straat in New York. ‘Ik suggereer niet dat school slecht is’ zegt hij, waarbij hij opmerkt dat het voor veel mensen wel werkt. Maar voor hem? ‘Het was gewoon een grote tijdverspilling. Wat ik buiten school leerde, was veel belangrijker dan wat ik op school leerde.’
Vraag je werknemers niet om iets te doen wat jij ook niet zou doen
Natuurlijk omvat een typische dag van Vultaggio de voorspelbare besluitvorming op hoog niveau en smaaktesten. Maar hij kan ook vegen, dweilen en meubels verplaatsen. ‘Hij vertelt ons niet iets te doen wat hij zelf niet zou doen’ zegt Amish Patel, Chief of Operations. Hierdoor voelen werknemers zich gerespecteerd en krijgt Vultaggio de kans om te laten zien hoe hij wil dat een taak wordt uitgevoerd. Op een gedenkwaardige dag, een paar maanden geleden, bestuurde hij acht uur achter elkaar een vorkheftruck om het team te laten zien hoe ze hun nieuwe magazijn moesten inrichten. ‘Hij gaat niet rijden tot hij moe is. Hij gaat de klus klaren’ zegt fabrieksmanager Zeitoune. ‘Hij gaat het zelf doen en het ons laten zien. En die dag hebben we veel geleerd.’
Loop met een steentje in je schoen
‘In het bedrijfsleven moet je met een steentje in je schoen lopen. Elke dag dat je een stap zet, voel je dat steentje’ zegt Vultaggio. ‘Het herinnert je eraan dat je niets als vanzelfsprekend moet beschouwen.’ Als je te comfortabel wordt, verval je in luie gewoonten. In de detailhandel kan dat betekenen dat je de veranderende smaak van de consument niet goed in de gaten houdt. Vultaggio stelt dat dat is wat er gebeurde met A&P en Sears, ooit enorme conglomeraten die failliet gingen en in irrelevantie vervaagden: ze deden alsof ‘de klanten er niet toe deden’ en legden de verkeerde artikelen in de schappen. ‘Het is dat soort houding dat je failliet maakt’ waarschuwt hij. ‘De concurrentie slaapt namelijk nooit.’