De biologische sector wordt vaak gezien als duurder dan de reguliere retailmarkt, maar The Barn, een Belgische keten van momenteel 8 winkels biologische markten, heeft deze misvatting weten te doorbreken.
Het bedrijf, opgericht in 2017 door Quentin Labrique en Julien De Brouwer, biedt biologische producten aan tegen prijzen die de concurrentie kunnen evenaren, zonder concessies te doen aan de kwaliteit of duurzaamheid. The Barn heeft een innovatieve benadering van retail ontwikkeld die niet alleen zorgt voor lagere prijzen, maar ook bijdraagt aan de versterking van de ecologische, lokale landbouw. Welk doordacht bedrijfsmodel zit hierachter?
Korte keten en bulkverkoop
Het concept van The Barn is gebaseerd op de kernprincipes van duurzaamheid en efficiëntie. “Biologische producten zijn vaak duurder in productie, maar we hebben altijd nagedacht over hoe we deze toegankelijk kunnen maken voor een breder publiek”, legt Julien uit. Het bedrijf heeft zich gepositioneerd als een soort “voedingsmarkt” in plaats van een traditionele supermarkt, wat betekent dat ze zich richten op basisproducten van lokale, biologische producenten. “In plaats van een overdaad aan producten, kiezen wij ervoor om een beperkte maar goed geselecteerde range aan te bieden. Neem bijvoorbeeld onze tomatenpassata: we hebben slechts één variant, maar we werken rechtstreeks met de producent die deze passata maakt. Dat betekent dat we het hele volume bij deze ene leverancier kunnen houden, wat ons in staat stelt om betere prijzen te bedingen”, zegt Julien.
Deze directe samenwerking met lokale producenten zorgt voor een korte keten, wat betekent dat er minder schakels in de leveringsketen zitten en er minder kosten aan verbonden zijn. Dit voordeel wordt doorberekend aan de klant, wat betekent dat The Barn in staat is biologische producten aan te bieden tegen prijzen die concurreren met de reguliere supermarktketens. Dit model is een duidelijke afwijzing van het traditionele retailmodel, waarbij supermarkten vaak duizenden producten aanbieden in verschillende varianten. “Onze benadering is simpel, maar efficiënt”, legt hij uit. “We bieden alleen de meest essentiële producten aan, en dat betekent dat we geen onnodige kosten maken voor producten die de consument uiteindelijk toch niet kiest.”
Een ander essentieel aspect van het model is de focus op bulkverkoop. Bij The Barn wordt 95% van het assortiment in bulk verkocht. “We kopen bijvoorbeeld rijst in zakken van 25 kilo, en klanten nemen wat ze nodig hebben in hun eigen zakken. Dit bespaart kosten, omdat we geen verpakkingen hoeven te produceren of aan te rekenen”, zegt Julien. Deze aanpak zorgt ervoor dat de prijs van de producten scherp blijft, aangezien verpakkingskosten vaak 10 tot 14% van de prijs uitmaken in conventionele supermarkten.
Efficiëntie als sleutel tot winstgevendheid
Een van de grootste uitdagingen voor bedrijven in de biologische sector is het behouden van winstgevendheid, gezien de hogere productiekosten. Bij The Barn wordt echter slim gebruik gemaakt van kostenbesparingen, wat hen in staat stelt om toch financieel gezond te blijven. Het bedrijf heeft nooit externe financiering of investeerders nodig gehad; de groei is volledig gefinancierd door de winsten van het bedrijf. “We hebben nooit extra kapitaal nodig gehad”, zegt hij trots. “Onze winkels draaien winstgevend, en we hebben altijd de strategie gevolgd om winst te herinvesteren in de groei van ons bedrijf.”
Toch heeft The Barn de impact van stijgende kosten in de retailsector gevoeld. “De kosten voor personeel, energie en huur zijn de afgelopen jaren aanzienlijk gestegen. Dit heeft de marges verlaagd,” legt hij uit. “Maar we compenseren dit door onze efficiëntie te verhogen en door de groei van de omzet. We zorgen ervoor dat we de kosten laag houden voor de klant, maar we blijven ons personeel goed betalen en blijven samenwerken met de beste producenten.”
De focus ligt niet alleen op het verlagen van de kosten; The Barn streeft er ook naar om zijn marges zo laag mogelijk te houden. “We willen toegankelijk blijven, en dat betekent dat we niet willen dat de klant teveel betaalt voor duurzame producten. Daarom houden we onze marges zo laag mogelijk,” zegt de founder. Dit zorgt ervoor dat The Barn financieel gezond blijft, zelfs in een tijd van stijgende kosten in de retailsector.
Geen keuzestress
Het succes van The Barn is niet alleen te danken aan zijn prijsstrategie, maar ook aan de transparantie en consistentie die het bedrijf biedt aan zijn klanten. Het is deze transparantie die zorgt voor vertrouwen en loyaliteit. “Onze klanten weten dat als ze bij ons kopen, ze niet hoeven te twijfelen over de kwaliteit of duurzaamheid van het product. We bieden geen tientallen opties, maar ze weten dat het product dat we aanbieden van topkwaliteit is.” Dit vertrouwen blijkt uit de positieve klantrecensies, die vaak de eenvoud en effectiviteit van het model prijzen. “Klanten zeggen vaak dat ze geen keuzestress meer hebben als ze bij ons winkelen. Ze weten dat ze een goed product krijgen voor een eerlijke prijs.”
Toch is het geen geheim dat het model van beperkte variëteit soms als een nadeel kan worden gezien. “In het begin hadden we maar één soort witte wijn, één rosé en één rode wijn”, vertelt hij. “Dat was in de ogen van sommige klanten een beperking, dus nu bieden we drie variaties aan. Daarin zijn we wel een beetje aangepast al. Maar onze klanten kennen ons concept nu ondertussen al acht jaar. Als ze bij ons kopen, hoeven ze niet te kiezen uit tientallen varianten. Ze komen naar ons omdat ze weten dat we hen het beste product voor de de beste prijs aanbieden.”
Toch blijft de sector uitdagend. Vooral het aanbieden van biologische vleesproducten blijft moeilijk vanwege de hogere kosten en het landgebruik dat ermee gepaard gaat. “Vlees is altijd moeilijker om concurrerend te blijven aanbieden. Het heeft meer ruimte nodig en is duurder om te produceren. Maar het is een product dat we willen blijven aanbieden omdat we geloven in het welzijn van dieren en duurzame productie.”
De oorsprong van hun missie
De passie en gedrevenheid van Quentin en Julien om The Barn te starten komt voort uit een diepgeworteld verlangen om een positieve impact te maken op zowel de natuur als de maatschappij. “We zijn beiden opgegroeid in de natuur en er altijd door gepassioneerd geweest”, begint hij te vertellen. “We kwamen elkaar tegen tijdens onze studies en we wisten al snel dat we samen iets wilden opbouwen dat niet alleen financieel succesvol zou zijn, maar ook een bijdrage zou leveren aan een duurzamere wereld.”
De invloed van Henri, een van de oprichters meer op de achtergrond, is ook cruciaal voor hun visie. Henri is een landbouwer die zelf groenten en fruit produceert, en zijn ervaring in de landbouw heeft hen extra geholpen te begrijpen hoe belangrijk het is om de biologische sector te ondersteunen. “Henri heeft ons geïnspireerd om in deze richting te gaan. Zijn focus op het behoud van biodiversiteit en het omschakelen van conventionele landbouwgrond naar biologische landbouw heeft ons overtuigt dat we niet alleen een winkel wilden openen, maar echt een impact wilden maken.”
We willen bijdragen aan een breder ecosysteem van duurzame landbouw en het behoud van de natuur. Als we de grond in België biologisch kunnen maken, dan kunnen we echt een verschil maken.”
De uitdagingen en de toekomst
The Barn heeft de ambitie om zijn succes verder uit te breiden, met plannen om 1 à 2 nieuwe winkels per jaar te openen. “We hebben nu bijna 9 winkels en we denken dat dit een goede evolutie is voor de komende jaren. We willen ditzelfde ritme blijven behouden.” Maar de groei is niet alleen gericht op het aantal winkels; het gaat ook om het versterken van de banden met lokale landbouwers. “Elke winkel werkt rechtstreeks met verschillende boeren die op kleine oppervlaktes werken. Bijvoorbeeld, de tomaten in Etterbeek zijn misschien anders dan die in Schaarbeek. We garanderen hen volumes per jaar en helpen hen bijvoorbeeld de moeilijke wintermaanden te overbruggen door hen te financieren.”
“Ons doel is om zoveel mogelijk landbouwers op een gestructureerde manier te helpen. We willen elke conventionele grond die met pesticiden wordt behandeld, biologisch maken. 95 procent van de landbouwgrond in België wordt bespoten met pesticiden. Slechts 5 procent is biologisch. Het is een kleine druppel op een hete plaat, maar we willen die druppel groter maken. 5 moet 10 worden en 10 moet 20. Ik heb liever dat een collega-concurrent opent dan een grote distributiewinkel”, voegt hij toe.