Ze staat bijna 20 jaar aan het hoofd van Sioen Industries, de vermaarde producent van technisch textiel die haar naam draagt. Michèle Sioen stapte in 2005 als CEO uit de schaduw van haar vader, Jean-Jacques Sioen, die het bedrijf in 1960 oprichtte. Ze is zowel captain of industry, bestuurder als moeder. Gesprek.
Hoe gaat het vandaag met Sioen Industries?
We kunnen niet klagen. Natuurlijk doen bepaalde divisies het beter dan andere, maar we zijn aanwezig in veel verschillende sectoren. Vorig jaar noteerden we een omzet van 740 miljoen euro, met zo’n 6.000 werknemers. 75 procent van onze verkoop is voor Europa, de rest buiten Europa. Onze focus is technisch textiel en door onze verticale integratie kunnen we alles in eigen handen houden. Innovatie en research & development zit in ons DNA. Dat is een bewuste strategische aanpak.
U leidt het familiebedrijf sinds 2005. Welke zijn voor u de mijlpalen?
Het gaat echt zo snel! (lacht). In 2008 kregen we de financiële crisis en dan hebben we het echt heel moeilijk gehad. Toen zaten we nog sterk verweven in activiteiten zoals dekzeilen voor de transportsector, die in elkaar klapte. We verloren 40% van onze omzet, dat was echt dramatisch.
In 2010-2020 hebben we dan een periode gekend waarbij we heel veel acquisities hebben gedaan. Op korte termijn groeide onze groepsomzet met bijna een kwart. Die overnames hebben geleid tot de groep die we vandaag zijn. Het hielp ons verder te diversifiëren. En het is onze ambitie om op dat elan, dat pad van verdere groei, verder te gaan. Dat zijn voor mij de twee belangrijkste mijlpalen, zowel een moeilijke als een positieve. Al moet ik daar ook onze beursexit in 2021 aan toevoegen.
Sioen trok inderdaad in 1996 naar de beurs, met in jullie kielzog tal van andere Vlaamse familiebedrijven. Vandaag is dat beurslandschap toch helemaal anders, en zeker niet echt een weerspiegeling van die vele mooie (familie)bedrijven?
We waren in die periode een beetje pionier, en daarna zijn er verschillende familiebedrijven gevolgd. We zijn zowat 25 jaar beursgenoteerd geweest en zonder die beursgang waren we niet het bedrijf dat we vandaag zijn. Het verplichtte ons tot een verdere professionalisering, contacten met analisten, en we moesten voortaan ook rekening houden met externe aandeelhouders. Kortom, dat alles zorgde voor een zekere maturiteit.
Destijds gebruikten we de beurs om geld op te halen om te investeren in nieuwe activiteiten. Vandaag echter kan je geld buiten de beurs vinden. Er is private equity, er zijn family offices. We hadden geen nood aan de beurs als financieringsvehikel, en de voordelen wogen niet langer op tegen de nadelen. Ik denk dat de beurs vandaag relevant is voor heel grote bedrijven en voor ondernemingen die regelmatig een kapitaalsverhoging willen doorvoeren.
“Een familiale CEO is goed, als dat kan. Maar het moet niet”
Uw zoon Jean-Charles Joris (32) komt langzaam op de voorgrond. Staat een familiale opvolging op de agenda?
Voor het ogenblik is het enkel mijn zoon die actief is binnen het bedrijf, naast mijn zussen uiteraard. Maar dat kan nog veranderen. Een familiale CEO is goed, als dat kan. Maar het moet niet. Competentie is de eerste regel, een bedrijf moet goed gemanaged worden. Dat is wat telt. Als dat familie is, zoveel te beter. We hebben een goede aandeelhoudersovereenkomst en een familiecharter die de regels vastlegt om een leidende rol op te nemen.
U genoot van in het begin van uw loopbaan veel autonomie. Is het makkelijk om diezelfde autonomie te geven aan uw zoon?
Absoluut. Ik heb jaren samengewerkt met mijn vader. Ik had mijn projecten en hij liet me doen. Ook als ze niet alle even geslaagd bleken. Maar hij liet me die autonomie. En dat vind ikzelf ook belangrijk. Mijn zoon is gestart in de sales, en nu is hij co-CEO van de divisie Technical Weaving met vier fabrieken in drie landen. Hij is ook moeten groeien daarin, en ik geef hem de vrijheid om dat te doen.
U bent zelf gehuwd met Marnix Galle (CEO van het vastgoedbedrijf Immobel), en ook uw kinderen treden in de voetsporen van hun ouders. Is ondernemen hét gespreksonderwerp aan de keukentafel?
(lacht) Het klopt dat we een heel ondernemende familie zijn, ook de kinderen van mijn zussen zijn actief in startups of hebben eigen activiteiten. Het zijn allemaal ondernemers. Ik denk dat je dat waarschijnlijk meekrijgt van jongs af, zoals wij dat meekregen van onze ouders. Met de hele familie, de volgende generatie en de acht kleinkinderen, houden we drie keer per jaar een familiesessie. Dan gaan de gesprekken inderdaad soms over ondernemerschap, over wat zij doen, uiteraard. Maar tegelijk gaat het ook over totaal andere zaken. We hebben zo ook een oefening gedaan over de waarden van de familie.
Welke waarden heeft u vanuit uw opvoeding meegenomen naar uw zakelijke leven?
Dat je niets voor niks krijgt, er moet gewerkt worden. Ook respect vinden we heel belangrijk en dat kan niet genoeg gezegd worden tijdens de opvoeding. Ik vind het noodzakelijk om die waarden door te geven aan de kinderen. Ze mogen doen wat ze graag doen, hun passie volgen. Maar wat ze ook doen, ze moeten er wel volledig voor gaan.
We beleven ernstige geopolitieke tijden, is er een impact op jullie activiteiten?
Het ondernemingsklimaat is vandaag voor alle bedrijven echt uitdagend. Hier in België is het niet gemakkelijk. We hebben de klassieke problemen van hoge loonkosten, dure energieprijzen, duurder dan de ons omringende landen, enorme administratieve lasten. En we moeten vandaag niet alleen meer concurreren met onze buurlanden, maar met de wereld. We hebben als Belgische ondernemingen toch een behoorlijk gevuld rugzakje om aan die strijd te beginnen.
“Ik ben niet tegen klimaatmaatregelen zoals Europa voorstaat, maar de regellast is er te veel aan”
Kan Europa blijven concurreren op mondiaal niveau in termen van handel en innovatie. De chemiesector ligt onder vuur, de hele maakindustrie lijkt in het verdomhoekje te zitten?
Europa legt enorm veel regeltjes op. Op lange termijn is het niet houdbaar. Zelfs kleine kmo’s moeten voor de Europese green deal enorme administratieve lasten ondergaan. Ik ga akkoord dat er iets moet gebeuren in de strijd tegen de klimaatverandering. Ook bij Sioen zijn we volop bezig met circulariteit, minder CO2-uitstoot, herbruikbare energie. Allemaal noodzakelijke projecten voor onze planeet, onze kinderen, onze legacy. Ik ben dus niet tegen klimaatmaatregelen zoals Europa voorstaat, maar de regellast is er te veel aan. We vragen een gelijk speelveld, wat nu compleet ontbreekt. Het wordt gemakkelijk vergeten dat het de maakindustrie is die welvaart creëert. Een maatschappij die enkel op de dienstensector draait is een utopie. Ondernemen is altijd al moeilijk geweest. Je moet continu aanpassen en veerkracht tonen. In een Belgische context was het al niet makkelijk. Ik wil niet negatief klinken, maar het is een realiteit.
“Ik hoop dat de politiek de industrie wil koesteren”
U kreeg vorig jaar de Vlerick Enterprising Leader Award. U bent sinds 2017 ook barones. Is dat belangrijk voor u?
Ik denk dat ik dit vooral als een mooie erkenning zie. Het maakt je ergens wel fier, en het zorgt voor een dynamiek en positieve inspiratie. Ik lig er zelf niet wakker van, maar ik vind het wel aangenaam. Het is ergens ook wel motiverend, ook voor andere ondernemers.
U bent, vaak tegen wil en dank, een rolmodel voor vrouwelijk ondernemerschap. U was in 2014 ook al de eerste vrouwelijke VBO-voorzitter?
“Ja, en ik hoop dat dit verandert. Daarover ben ik hoopvol. Ik zie dat bij mijn kinderen toch veranderen. De taken in het huishouden worden meer verdeeld dan toen ik jong was.”
België en Europa staan straks voor belangrijke verkiezingen. Is dat iets waar u mee bezig bent?
Ik vind die verkiezingen superbelangrijk en ik kijk – net zoals veel mensen – met een zekere onrust naar wat er uiteindelijk zal uitkomen. Politiek is belangrijk en ook voor ondernemers heeft de visie en het beleid van een regering een grote impact. Een regering die ondernemersvriendelijk is kan een groot verschil maken. De industrie krijgt vandaag klappen. Kijk naar de actualiteit: busbouwer Van Hool die failliet is, de toekomst van Audi Brussel die erg onzeker is. Ik hoop dat de politiek de industrie wil koesteren.
In de aanloop naar de verkiezingen regent het voorstellen voor een rechtvaardige fiscaliteit,
met een vermogensbelasting als rode draad.
Voelt u zich aangesproken?
Ja. Dat debat is niet eenvoudig, noch evident. Net zoals ik begrijp dat het overheidsbudget in evenwicht moet zijn en dat daar geld voor nodig is. Maar er wordt altijd gekeken naar de inkomsten terwijl de uitgaven ook belangrijk zijn. Het is zoals bij een huishouden, de uitgaven en de inkomsten moeten ook in verhouding zijn.
Bio van Michèle Sioen (58)
- Studeerde handelswetenschappen (UAntwerpen) en volgde verschillende managementopleidingen (onder andere Vlerick Business School).
- Ze begon haar loopbaan als salesmanager bij IT-bedrijf Atoll.
- In 1990 startte ze in het familiebedrijf Sioen Industries, en werd er in 2005 CEO.
- Ze was tussen 2014-2017 voorzitster van het Verbond van Belgische Ondernemingen, en is vandaag bestuurder bij Immobel, D’Ieteren, Sofina, Vlerick Business School en Fedustria.
- Ze is tevens voorzitster van het museumproject Kanal-Centre Pompidou en bestuurder bij de Koningin Elisabethwedstrijd.
- In 2017 kreeg ze de persoonlijke titel van barones.
- In 2018 werd ze verkozen tot Manager van het Jaar, in een organisatie van het tijdschrift Trends, en ontving ze een Groot Ereteken van de Vlaamse Gemeenschap. In 2023 ontving ze de Vlerick Enterprising Leader Award van de Vlerick Business School.