Niet alle professionele activiteiten zijn digitaal geworden. In het openbare leven en op feestelijke gelegenheden is een maatpak niet alleen een sociaal communicatiemiddel, maar ook een levenskunst.
Met hun strategische ligging in Europa hebben veel Brusselse kleermakers klanten uit internationale instellingen, lobby’s, diplomatieke medewerkers en bankkantoren. Maar de sector gaat achteruit door een gebrek aan overdracht van deze essentiële cultuur. Anderzijds wordt de traditie van maatwerk ook bestendigd en vernieuwd in gevestigde huizen en jonge innovatieve bedrijven. Onder leiding van gepassioneerde mensen met een moderne visie op het vak maken ze de nichemarkt geleidelijk weer concurrentieel.
“Social media hebben het maatpak afgestoft”
In 2018 richtte Abdallah Akleh in Brussel My Tailor op, met meer dan 20 jaar ervaring in maatwerk en prêt-à-porter. Hij leerde het vak bij een Parijse kleermaker die hem een voorliefde voor textiel, traditionele technieken, mooie materialen en luxe doorgaf en opende in 2024 een boetiek-atelier in Elsene. Zijn huis voor maatkleding boogt op twee scholen: “de Londense stijl, met een doordachte soberheid, en de Napolitaanse lijn, die wat speelser is, met een schijnbaar nonchalante sprezzatura. Twee verschillende stijlen, twee verschillende constructies.” My Tailor heeft zijn netwerk opgebouwd via mond-tot-mondreclame: het adres wordt discreet doorgegeven onder liefhebbers van kasjmier.
Om de heropleving van maatpakken midden in de hausse van het telewerk te verklaren, wijst Abdallah Akleh op de impact van de sociale media. “Ze hebben het maatpak afgestoft, met YouTube-tutorials die in 2010 al uitlegden hoe je een stropdas moet knopen. Ook de opkomst van media als The Gentleman’s Gazette (1,7 miljoen abonnees) en influencers als Hugo Jacomet (120.000 volgers op Instagram) hebben geholpen. Jacomet is een van de leidende figuren op het gebied van herenelegantie en auteur van de website parisiangentleman.com, die het maatwerk en de complexe modewereld heeft gedemystificeerd. In hun kielzog probeerden veel Franse huizen zich in Brussel te vestigen, maar ze slaagden er niet in om hun businessmodellen te laten werken, met in China gemaakte pakken voor 600 euro.” Voor de pakken die hij zelf maakt van de fijnste stoffen uit prestigieuze weverijen (meer dan 8.500 referenties) en met de hand genaaid, ligt de prijs tussen 1.250 en 3.500 euro.
“In België maakt bijna niemand nog echte maatpakken”
Het duurt drie tot vier weken om een echt maatpak te maken, dus geen kant-en-klaar model aangepast aan de maten van de klant. Die tijd omvat ongeveer vijftig werkuren en drie pas- en aanpasafspraken. De prijs varieert naargelang de samenstelling van de stof, het gewicht, de knopen en de afwerking.
Pierre Degand, oprichter van het gelijknamige bedrijf in de vroege jaren 1980, legt uit: “Het is een sector voor insiders. Als je geïnteresseerd bent in maatpakken, moet je het vak leren van de professionals, want kleermakerij is altijd een verhaal van overdracht. Onze eigen kleermaker Gennaro, 86 jaar oud, zit al sinds zijn 14de in het vak. Hij leidt nu een jonge kleermaker op, want in België maakt bijna niemand meer echte maatpakken. Een groot aantal merken biedt pakken aan onder die naam, thermisch gelijmd en niet genaaid, en in het buitenland geproduceerd. Met andere woorden, pakken die gemaakt worden via een geïndustrialiseerd proces, zonder echt constructiewerk. Bij ons kost een echt maatpak ongeveer 7.500 euro, de prijs van de grote kleermakerijen in Parijs of Londen. Het bedrag kan oplopen afhankelijk van de stof. Vicuña-wol kost bijvoorbeeld 2.500 euro per meter, maar let op: het materiaal is geschikt voor jasjes en mantels, maar niet voor maatpakken, omdat de stof zo teer is.”
Het is een elitaire sector, die zowel het lichaam als sociale status beïnvloedt, waar het vertrouwen geleidelijk wordt opgebouwd. Pierre Degand benadrukt: “Ik verkoop niet, ik adviseer. Het voordeel van een maatpak, mits je een goede kleermaker vindt, is dat het je lichaam flatteert en dat je je er goed in voelt. Het geeft cachet en verhoogt het charisma. Het pak past bij het hemd, dat ook op maat gemaakt is, bij de sokken, de schoenen, de paraplu. Kledingcultuur moet je leren.”
Maatwerk met een modern randje
Bruno Van Gils is erfgenaam van een familie fabrikanten die grote merken leveren over de hele wereld. Hij lanceerde Café Costume in 2006, in wat toen een krimpende markt was. Sindsdien heeft hij al een tiental boetieks geopend in België. Café Costume onderscheidt zich door originele ontwerpen en kleurrijke kledingstukken en voeringen met figuratieve stoffen die samen met Belgische kunstenaars zijn gemaakt. Een ander voordeel zijn de betaalbare prijzen, dankzij een nauwe samenwerking met een fabriek in Tanger die gespecialiseerd is in maatkleding. Café Costume heeft 170 vertegenwoordigers van de Belgische delegatie gekleed tijdens de Olympische Spelen in Parijs. ‘Vier outfits per persoon, waarvan de helft atleten uit alle continenten. Het was onze grootste uitdaging tot nu toe. De maten van alle atleten opnemen was onze eigen Olympische prestatie.’ Het bedrijf heeft 34 mensen in dienst in België, opgeleid door interne kleermakers die een rigoureuze kennis over opmetingen en materialen hebben. “Onze stoffenbibliotheek bevat duizenden stalen.” De gemiddelde kostprijs van een maatpak bij dit bedrijf, dat er tot 8.000 per jaar maakt? ‘Rond de 1.000 euro, met aanbiedingen van 590 euro aan het eind van het jaar.
Multimerken en maatwerk
Frederique Mercken leidt een familiebedrijf dat door haar vader werd opgericht. Het merk was het eerste dat Armani in België verdeelde en heeft nu zes multimerk-winkels in heel Vlaanderen. “We werken met vier interne kleermakers. We raden Brioni aan voor comfort en Tom Ford voor een trendy look. We nemen de maten op in de winkel en de maatpakken worden vervolgens gemaakt door uitgelezen bedrijven in Italië. Voor speciale bestellingen, zoals voor klanten met een handicap die meer pasbeurten nodig hebben, kan de levertijd worden verlengd van vier tot zes weken en maken we de pakken in onze Belgische ateliers. Bij Mercken ligt de prijs tussen 2.500 euro voor een Caruso-pak dat gemaakt is in Parma en 5.000 euro voor een Brioni. Voor een jasje in vicuña-wol ligt de prijs tussen 27.000 euro en 35.000 euro. Omdat we een multimerkenbedrijf zijn, bereiken we jonge mensen die van logo’s houden, maar ook diplomaten en een lokale klantenkring van industriëlen en zakenlui.” Frederique Mercken wijst ook op een nieuwe generatie jonge professionals die sparen om een maatpak te kopen, “uit passie en overtuiging”. In een tijd waarin veel traditionele kleermakerijen zijn verdwenen ten gunste van luxemerken, zijn maatpakken voor mannen en vrouwen (vrouwelijke klanten vertegenwoordigen tot 30% van de markt) weer in de mode. Een duidelijk teken dat de kleermakerij zichzelf heeft heruitgevonden.