De Brasserie de Lonsées (Gembloux) afgelopen oktober, vervolgens in november de brouwerijen van Luik (Luik) en Londen (in Bergen), en dan, in 2025, alleen al voor februari: de Manufacture Urbaine (Charleroi), Brouwerij Broers (Gent) en En Stoemelings (Brussel). Al een jaar lang kondigt het gespecialiseerde online medium Beer.be constant faillissementen aan binnen de Belgische biersector. Ons land, de historische bakermat van het bier, gaat door een ongekende crisis. Tussen brouwerijsluitingen, dalende export en de opkomst van alcoholvrije dranken, staat zowel cultureel erfgoed als een volledige economische sector tegenwoordig onder druk. Forbes.be gaat in gesprek met Cédric Dautinger, hoofdredacteur van Beer.be
Het Belgische bier, symbool van vakmanschap en traditie, staat vandaag voor een diepe crisis. Sinds de Covid-19-pandemie lijdt de Belgische brouwerijsector onder een reeks van economische schokken die zijn bestaan bedreigen. De sluitingen van brouwerijen nemen toe, de export daalt en consumenten wenden zich tot nieuwe trends.
Covid als veroorzaker
De brouwerijcrisis in België vindt zijn oorsprong in verschillende economische en structurele factoren. De Covid-19-pandemie heeft de sector zwaar geraakt, met de sluiting van de horeca en een drastische daling van de export. “Dit was voor de brouwerijen de eerste grote klap“, legt Cédric Dautinger uit, hoofdredacteur van Beer.be. “De overheidssteun hielp veel bedrijven te overleven, maar stelde ook negatieve effecten van de crisis uit, die nu voelbaar zijn.”
Inderdaad, het terugbetalen van deze steun – soms oplopend tot enkele honderdduizenden euro’s per instelling – viel samen met een stijging van de productiekosten. De stijging van de grondstofkosten, met name gerst (+40% in twee jaar) en hop (+35%), in combinatie met de explosie van de energiekosten (+300% voor sommige brouwerijen), zorgden voor verdere verzwakking van al kwetsbare bedrijven. “Veel brouwers hadden de omvang van deze kostenstijging niet verwacht en staan nu financieel tegen de muur”, verklaart Cédric Dautinger.
Een andere forse klap: de daling van de export, die ooit meer dan 70% van de omzet van vele brouwerijen vertegenwoordigde. Is de populariteit van Belgisch bier in het buitenland voorbij? Is ons land, ondanks wereldwijde erkenning voor zijn vakmanschap, een has-been voor bierliefhebbers wereldwijd? “Zeker niet“, merkt Cédric Dautinger op.Integendeel, wij worden nog steeds gezien als een van de historische wiegen van het bier en een van de belangrijkste landen in deze industrie en traditie. De Stella, de Belgische bier bestemd voor export van de groep AB Inbev, wordt bij ons nauwelijks nog geconsumeerd, behalve in Leuven waar het vandaan komt, terwijl het over de Atlantische Oceaan wordt beschouwd als een luxe bier. Buitenlandse gastronomische restaurants presenteren onze trappisten naast de grote wijnen op hun wijnkaart. De mythe leeft nog steeds.” Maar als Belgisch bier nog steeds op zijn reputatie in het buitenland kan rekenen, waarom zijn de exporten dan zoveel gedaald? “Tijdens de lockdowns hebben verschillende importmarkten, met name China en de Verenigde Staten, hun eigen productie ontwikkeld en hebben hun importen niet teruggebracht naar de eerdere niveaus.” antwoordt de gespecialiseerde journalist. In 2023 daalde de export van Belgisch bier met 7,5%, waardoor het land naar de tweede plaats op de Europese exportlijst zakte, achter Nederland. Aangekondigde belastingmaatregelen, zoals die van Donald Trump, zullen, als ze worden bevestigd, de situatie verergeren, waardoor Belgisch bier 25% duurder wordt in de Verenigde Staten.

Om zaken niet erger te maken, heeft de daling van bierconsumptie in België de sector in een diepe crisis gestort. In 2023 bereikte de bierconsumptie historisch lage niveaus, met 6,53 miljoen hectoliter, een daling van 5,8% ten opzichte van 2022.
Faillissementen in een kettingreactie
In deze situatie nemen de sluitingen van brouwerijen toe. In 2023 sloten 36 brouwerijen hun deuren, een historisch keerpunt: voor het eerst in 15 jaar overschrijden de sluitingen de nieuwe oprichtingen.
“Kleine, onafhankelijke brouwerijen zijn het kwetsbaarst. Velen waren al financieel kwetsbaar en kunnen geen verdere kostenstijgingen verdragen“, analyseert Cédric Dautinger.
Sommige iconische brouwerijen, zoals 3 Fonteinen, moesten hun strategie herzien. Deze laatste zag haar verkoop halveren, van 3.000 HL tot slechts 1.500 HL, en zag af van een investeringsproject van 25 miljoen euro, terwijl ze een deel van haar 19 werknemers ontsloeg.
Ondergaan de grote brouwerijgroepen van ons land ook de gevolgen van de crisis? Onze expert nuanceert: “Dat hangt een beetje af van hoe je het probleem bekijkt. Ze kampen duidelijk ook met een terugval in de verkoop. Maar in hun geval was dat al zo vóór de gezondheidscrisis. Elk jaar zien we dat het verkoopvolume van industriële bieren in België afneemt (het laatste rapport van AB Inbev toont echter aan dat ze de weg omhoog hebben ingezet, nvdr). Het enige segment dat nog groeide, was dat van de ambachtelijke bieren, dat nu stabiliseert of zelfs achteruitgaat.” Terwijl kleine en middelgrote brouwerijen de volle smak van de crisis ondervinden, passen de grote industriële groepen zich aan. “Ze hebben de financiën en de productiecapaciteit om zich snel aan nieuwe trends aan te passen. Voor hen gaat het niet om een existentiële crisis, maar om een marktransformatie. Ze kunnen de verliezen absorberen, in tegenstelling tot de ambachtelijke brouwers die tegen de muur staan” legt Cédric Dautinger uit. AB InBev heeft bijvoorbeeld massaal geïnvesteerd in het segment van alcoholvrij bier met de Leffe 0,0% en de Jupiler 0,0%, die veel vraag kennen op de internationale markt.

Vanuit economisch oogpunt zijn de moeilijkheden van een sector die zo iconisch en cultureel belang heeft als die van het bier, niet zonder gevolgen. In totaal biedt de bierindustrie direct en indirect werk aan meer dan 68.000 mensen in België. De economische bijdrage van de brouwerijsector wordt door het Federaal Planbureau geschat op 4 miljard euro, ofwel 1% van het bruto binnenlands product. Dit economische belang vertaalt zich in aanzienlijke fiscale opbrengsten, met ongeveer 700 miljoen euro aan totale belastinginkomsten in 2022, inclusief sociale lasten en andere belastingen. De Belgische brouwerijsector blijft dus een belangrijke werkgever en een belangrijke bijdrager aan de nationale economie, ondanks de recente uitdagingen.
Kan bier gered worden door alcoholvrij?

Hoewel het plaatje zorgwekkend is, bieden sommige opkomende trends toekomstperspectieven. Het segment van alcoholvrij bier groeit sterk, met een stijging van 12% in volume op de Belgische markt in 2023. “De markt voor alcoholvrij bier is nu het beslissende segment voor brouwerijen” stelt Cédric Dautinger. Belgische brouwers investeren massaal in dit segment, met in februari 2025 meer dan 400 alcoholvrije bieren beschikbaar op de markt.
“Het is nu helemaal niet meer beschamend om voor een alcoholvrij bier te kiezen” merkt Cédric Dautinger op, die een culturele verandering in de waarneming van deze dranken weerspiegelt. “De nieuwe generatie lijkt minder aangetrokken te zijn tot alcohol, en de wettelijke beperkingen op consumptie spelen ook een rol“, benadrukt hij. “Echter, dit segment vereist aanzienlijke investeringen in onderzoek en ontwikkeling, en weinig ambachtelijke brouwers kunnen zich dat veroorloven.”
Brouwerijen passen ook strategieën van diversificatie en kostenoptimalisatie toe. Sommige kleine brouwerijen fuseren of delen apparatuur om hun bedrijfsvoering te verminderen. Andere richten zich op seizoensbieren of beperkte edities om consumenten aan te trekken. Directe verkoop en korte ketens worden ook gepromoot om de marges te behouden.
De proefbieren vertegenwoordigen een kans voor sommige brouwerijen om hun kas aan te vullen, mits ze niet al op gespannen voet brouwen. “Brouwen voor cafés die een eigen bier willen hebben, brouwen voor merken die alleen de marketing van een bier of een assortiment willen beheren… dit alles biedt kansen om de kassen van brouwerijen aan te vullen” legt Dautinger uit.
Een politieke verantwoordelijkheid?
De brouwerijcrisis in België is een belangrijke uitdaging voor een emblematische sector van de Belgische economie. De sluitingen van brouwerijen, de daling van de export en de opkomst van alcoholvrije dranken hertekenen het brouwerijlandschap. Maar hebben de Belgische brouwers, dankzij hun vakmanschap en innovatievermogen, de middelen om deze crisis te overwinnen en zich aan te passen aan de nieuwe markttendensen? “Ik ben eerder pessimistisch om eerlijk te zijn“, bekent Cédric Dautinger. “Ik merk dat de bedrijfswereld in het algemeen lijdt en hoor overal geruchten in de brouwerijwereld die niets goeds voorspellen. De nieuwe regering zal helaas niets verbeteren. De verplichting van elektronische facturering (die duur belooft te worden), de komst van de witte kassa in de horeca, de vermindering van bedrijfssteun… al deze maatregelen zijn niet gemaakt om de brouwers te ondersteunen.”
Cédric Dautinger hoopt echter dat de sector niet terug zal keren naar de situatie van de jaren 50 tot 70, toen bijna alle ambachtelijke brouwerijen verdwenen waren. “België heeft ambachtelijke en onafhankelijke brouwerijen nodig om haar vakmanschap en erfgoed te behouden“, concludeert de gespecialiseerde journalist. “Maar we moeten realistisch zijn: we zullen een marktconcentratie zien. De kleine brouwerijen die niet sterk in hun schoenen staan, zullen verdwijnen, en alleen degenen die zich aanpassen aan de nieuwe trends en hun kosten beheersen, zullen overleven“. Toch, met een binnenlandse consumptiedaling van 6% en een nog steeds onzekere economische omgeving, blijft de toekomst van de biersector meer dan ooit… onder druk.